Zoeken in
Zoeken in normen
2829 resultaten
4.7.3.2 Koper en koperlegeringen
Buizen van koper en koperlegeringen behoren onder bepaalde omstandigheden te worden
beschermd tegen corrosie.
In het algemeen geldt dat koperen buizen, verbindingen en hulpstukken in ruime mate
bestand zijn tegen uitwendige aantasting. Afhankelijk van de situatie kunnen echter
extra beschermingsmaatregelen noodzakelijk zijn. Koper wordt bijvoorbeeld door zowel
ammoniak- als zwavelverbindingen
4.8 Bescherming tegen warmtebelasting
Een multilayer- of PEX-leiding behoort op de volgende locaties te zijn beschermd tegen
warmtebelasting (en beschadiging) door een mantelbuis van metaal of kunststof:
— bij situaties waar de gasleiding in het zicht ligt, zoals bij de opstelplaats van
een gasmeter (meterkast) en van een verbrandingstoestel;
— in de kruipruimte met een waterdichte bodemafsluiting;
— in een toegankelijke
4.10.1 Aardingsvoorzieningen
Gasinstallaties mogen volgens
NEN 1010 geen onderdeel zijn van of functioneren als een beschermingsleiding. Een metalen
gasleiding behoort echter wel te zijn aangesloten op een beschermingsleiding (de gasleiding
behoort dus te worden geaard). Het doel hiervan is dat de metalen gasleiding op dezelfde
of nagenoeg dezelfde potentiaal wordt gehouden als de metalen gebouwconstructies.
Hiertoe wordt
6 Ligging van gasleidingen
6.1 Algemeen
Het verdient aanbeveling dat gasinstallatieleidingen geheel binnen het perceel zijn
gelegd waarvoor de gasinstallatie is bestemd, en dat de desbetreffende leidingen van
daaruit bereikbaar zijn of dat ze bereikbaar zijn vanuit een gemeenschappelijke toegankelijke
ruimte.
Aan ruimten waar gasleidingen zijn aangebracht, worden hiervoor geen extra ventilatie-eisen
gesteld.
In
6.2.2 Meterkast (of –ruimte)
Indien in de opstelplaats van een gasmeter een multilayer- of PEX-leiding wordt toegepast,
dan behoort deze te zijn beschermd tegen mechanische en warmtebelasting door een mantelbuis
van metaal of kunststof. Voor een kunststof mantelbuis is zowel een starre als buigzame
buis (ribbelbuis) toegelaten. In de leiding mogen aftakkingen worden gemaakt. Fittingen
en appendages hoeven niet te worden beschermd
6.2.11 Gasleidingen in een schacht of verticale koker
6.2.11.1 Gasleidingen in een bereikbare schacht
Voor gasleidingen in een schacht die bereikbaar is via een luik (zie
figuur 19), gelden de volgende aanwijzingen:
— Een kunststof buis behoort te zijn beschermd door een (ribbel)mantelbuis.
— Fittingen zijn toegelaten en hoeven niet te worden beschermd door een (ribbel)mantelbuis.
— Een metalen leiding behoort te zijn beschermd
6.2.12 Leidingkoker achter betimmering of ‘metal stud’
Voor gasleidingen in een leidingkoker (zie
figuur 20) gelden de volgende aanwijzingen:
— Losneembare verbindingen of appendages behoren niet te worden toegepast.
— Op de leiding behoren beugels te worden geplaatst, waarbij de afstand tussen beugel
en fitting ten minste 20 mm is.
— Een leiding behoort te worden beschermd bij doorvoeren.
— Een mantelbuis (alleen bij doorvoeren
6.3.2 Minimale afstand
Behalve bij in- en uitvoeren van gebouwen behoort de minimale afstand tussen gasleidingen
en andere objecten te voldoen aan
tabel 2.
Tabel 2
—
Minimaal toe te passen afstand tussen gasleidingen en andere objecten
Object
Minimale afstand
m
Opmerking
Gebouw:
Mensen frequent aanwezig (woningen, kantoren, enz.)
1
Mensen zelden aanwezig (schuren, opslagplaatsen, enz.)
0,5
A.2.1 Algemeen
Schroefdraad voor een vaste verbinding in metalen systemen tussen leidingen onderling
met fittingen (smeedbaar gietijzeren pijpfittingen) volgens
NEN-EN 10242 en tussen leidingen en appendages behoort rechtse afdichtende pijpschroefdraad te
zijn volgens
NEN-EN 10226-1 (of
ISO 7-1) met:
— een conische buitendraad (R), en
— een cilindrische binnendraad (Rp).
A.6 Flareverbindingen
Het benodigde gereedschap voor het realiseren van flareverbindingen behoort te zijn
afgestemd op de combinatie van de fitting en de buis van de systeemaanbieder. Een
flareverbinding behoort te worden uitgevoerd volgens de montagevoorschriften van de
systeemleverancier.
Zoeken in de website
23 resultaten
Gerelateerde normen
NEN 1059:2010, Nederlandse editie op basis van NEN-EN 12186 en NEN-EN 12279 — Gasvoorzieningsystemen — Gasdrukregel- en meetstations voor transport en distributie
NEN 1078:2018, Voorziening voor gas met een werkdruk tot en met 500 mbar — Prestatie-eisen — Nieuwbouw
NEN 1087:2001, Ventilatie van gebouwen — Bepalingsmethoden voor nieuwbouw
NEN 2078:1987, Voorschriften voor
Bij wie kan ik terecht met een technische vraag?
Met een technische vraag over het product kunt u terecht bij onze Klantenservice via klantenservice@nen.nl of telefoon (015) 2 690 391. Wij helpen u graag verder.
Mag ik normen kopiëren?
Nee, net als een boek worden normen beschermd door het auteursrecht. Ze mogen daarom niet integraal worden overgenomen en/of verspreid. Met de aanschaf van een papieren of digitale versie van een norm verkrijgt u uitsluitend het stand-alone gebruik. Zonder toestemming van NEN is het kopiëren en reproduceren van alle inhoud van normen (zoals tekst, illustraties, tabellen) niet toegestaan. Lees meer
Wat kan ik met mijn werkboek?
Uw werkboek geeft u de mogelijkheid om notities te maken, op te slaan en te bewerken. U vindt hier ook uw aangemaakte bladwijzers.
Ik heb een vraag over mijn factuur, bij wie kan ik terecht?
U kunt hiervoor contact opnemen met onze Klantenservice via klantenservice@nen.nl of telefoon (015) 2 690 391.
Welke abonnementen zijn er voor 'Werken met NPR 3378'?
U kunt kiezen uit drie typen abonnementen:
Werken met NP 3378 - Basis
Werken met NPR 3378 - Premium
Werken met NPR 3378 - Premium online
Lees meer over de verschillende abonnementen
Is er een training rondom gasinstallaties?
NEN organiseert meerdere keren per jaar de 1-daagse training 'NPR 3378: Gasinstallaties in de praktijk'.
Lees meer over de training